Waarschuwing: Dit wordt een lang verhaal. U kunt nog stoppen.
Altijd als ik met de trein naar Amsterdam ga en daar soms ook een tram pak, gaat alles goed. Oké, er zal wel eens wat vertraging zijn, maar niet noemenswaard. En nu maakten wij, nog niets vermoedend, een reis naar Den Haag. Hans had alles tevoren bestudeerd, waar over te stappen en naar welk perron en welke trams (Holland Spoor) of bussen (Centraal) wij konden nemen om het Gemeentemuseum te bereiken. Laat het dus duidelijk zijn, dat de rampspoed, die nog komen ging, NIET aan ons lag. Ik zal het proberen uit te leggen, hoewel het volgens mijn Kwaster niet te volgen is, zelfs niet als je er bij geweest was. Wij stonden vroeg op en haalden zelfs een trein eerder dan gepland. Een goed begin, nietwaar? Wij reisden niet naar A’dam Centraal, maar moesten in Sloterdijk overstappen. Dat ging ook goed, voor zover ik mij herinner. Wij reisden verder en stapten in Den Haag Centraal uit. Dáár begon de ellende. Ergens, op een ijskoud station, zagen wij een bordje met BUS erop, wij volgden de pijl en liepen het station uit waar wij bijna omver werden geblazen door een snijdende Oostenwind, maar wat nóg erger was: geen bussen te bekennen. “U moet helemaal terug, naar boven, wwacht, ik wwijs het u wwwel”, sprak een behulpzame, Surinaams uitziende dame. Wij vingen de terugtocht aan, ál meer en meer bevriezend. En ja, daar was een groot plein met een of twee bussen. Wij stapten in lijn 24, maar… de verkeerde. De buschauffeur zei dat gelukkig vóór wij aan de andere kant van Den Haag waren. Dus wachten *bibber bibber* op een die de goede kant uitging. En na een heel koud kwartier, jawel. In die bus werden straten omgeroepen, maar NIET het Gemeentemuseum. Gelukkig zagen wij dat op tijd. Na een geweldig bezoek aan dat museum (zie vorig logje) was het duidelijk: wij moesten ook weer terug. Ach wij wisten nu de halte –zal wel aan de overkant zijn ongeveer-, en hoopten dat alles naar wens zou verlopen. Maar NEE… Aangekomen bij de halte, zagen wij een groot gat, een berg zand en een bord, waarop stond dat bus 24 van 11 maart tot ong. half mei hier NIET stopte, maar dat verderop bij de kruising tussen de Valeriusstraat en nog iets..?.. een voorlopige halte zou zijn. Wij liepen en liepen, een Haagse dame sloot zich bij ons aan en op de aangegeven plek, geen halte te bekennen, besloten wij gezamenlijk bij de nadering van bus 24 onze duimen op te steken. Daar kwam een bus en jawel met het juiste nummer. Wij wierpen ons praktisch vóór de bus, ook de Haagse mevrouw, maar … hij reed gewoon door. Potverdepotver… Er viel ons niks anders te doen dan naar een echte halte door te lopen. Het was zo mogelijk nog kouder geworden. De Haagse, een struise, stapte stevig door. Wij, behalve Martijn dan, hadden moeite haar bij te houden, maar het moest, wilden wij niet in ijspegels veranderen. Daar kwamen wij dan bij een echte voorlopige halte, zonder enige beschutting én bekaf. “Nu hebben wij het ergste toch gehad? Alleen de trein nog?” , zei iemand. Dat dachten wij ook maar het ergste moest nog komen. Gelukkig wist ik dat nog niet, want ik zou mij ter plekke op de grond geworpen hebben. Wij ‘busten’ naar Centraal, weer lopen lopen lopen, stapten in een volle trein en moesten wederom in Sloterdijk overstappen. Daar en nu opgelet: zagen wij net onze trein wegrijden en de volgende zou over.. 2 minuten op een geheel ander perron vertrekken. Zouden wij dat halen? Of toch maar niet? Iedereen sloeg aan het rennen, ik lag in de derde positie, ik rende tot ik niet meer kon, liep met snelle pasjes door en dan weer rennen, rennen. Voor mij zag ik zoon en man steeds harder gaan. Ik was niet buiten adem, maar mijn voeten voelden aan als loodzware blokken,die ik bijna niet meer omhoog kreeg. Toch bleef ik mijn best doen met de slogan in mijn hoofd: “Nou, niet vallen!!” Ik heb het gehaald. Ik viel zowat die trein in, met kloppend hart. Als we met z’n allen nog weer een half uur hadden moeten wachten door mijn schuld, oei, ik moest er niet aan denken. En toen, geduldige lezers –als die er nog zijn tenminste- gingen wij uitgeput, maar voldaan naar huis toe. Naar Home Sweet Home, waar het lekker warm was en Koos ons verwelkomde …..als u nu denkt dat ik enigszins overdreven heb, NEEN, het was integendeel nog veel erger, geloof ik.
We zitten nog wel met een prangende vraag. Weet iemand wat dit bordje in de trein betekent? Verboden de sirtaki te dansen of wat??