Omdat bij mij ‘de kaboutertjes’ nooit iets uitvoeren, die luie donders, kwam ik op het idee wat anders te proberen. Daar het huishouden helemaal niet mijn ding is en ik tenslotte tot mijn grote ergernis almaar ouder en stijver word, heb ik tenslotte toch wat assistentie nodig. “Weet je wat?” dacht ik, “ik handwerk ze gewoon zelf, die hulpjes. Daar ben ik tenslotte tamelijk goed in en dat vind ik leuk om te doen…” Ik begon een tuinman te haken, een stoere beer met het nodige gereedschap en wat dacht u wat? Juist, helemaal niks. Hij stond zijn schort te bewonderen, hij inspecteerde zijn schepje, maar verder: helemaal niks. Ik heb hem toen maar aan Rein gegeven, mijn kleinzoon. Ik breide wat popjes, jongens én meisjes in de hoop dat ze het werk naar genoegen konden verdelen, maar wat gebeurde? Er ontstonden grote ruzies wie wat zou doen en het kwam er uiteindelijk op neer dat iedereen het allerliefste helemaal niets zou doen. Of lekker in het zonnetje thee drinken, want ‘alle poppen zijn dol op thee drinken’ hadden zij in dat boek zien staan. Dus weg met die poppen, naar de kleinkinderen dan maar. Toen kwam ik op het idee om Paashazen te breien, want dat zijn nijvere beestjes, dacht ik. Klopt, beste lezers. Zij begonnen onmiddellijk al onze in huis aanwezige eieren bont en blauw te schilderen. Ik zal u zeggen dat Kwaster en ik niet echt blij waren. Nou, toen ging ik muizen uitproberen, helemaal ten einde raad en ik breide vijf jongetjesmuizen. Ze zagen er alle vijf ijverig uit, maar schijn bedriegt soms. Ze hingen wat rond, kletsten wat maar de muizenhandjes eens goed uit de mouwen steken, ho maar! Tussendoor haakte ik wat apen maar dat was puur voor mijn eigen lol. Daar had ik totaal geen verwachtingen van en dat was terecht, bleek later. Zelfs de zeerover was te lui om de zee te gaan roven.
Zonder nog enige hoop, maar uit macht der gewoonte breide ik moedeloos nog een muis. En voor de broodnodige variatie breide ik er een jurkje bij. De eerste vrouwtjesmuis was het eigenlijk. En wat gebeurde vanochtend? Ik kwam beneden en ik zie het muisje tevreden op een keurig gevouwen stapel handdoeken zitten. Zij wilde zich nog snel verstoppen en liet zich naar beneden zakken, maar ik had haar al op de kiek staan. Och wat ben ik blij. Ik heb haar uitbundig geprezen en wat lekkere hapjes gegeven en nu maar afwachten … o wat spannend. Toch nog succes gehad, ten langen leste. O wat is dit goed nieuws.