Met Moederdag kreeg ik een leuk ouderwets breiboekje van zoon M. Ik heb er al 11 piepkleine muisjes uit gebreid. Er staan meer kleine dieren in, wat voor mij erg aantrekkelijk is, want gauw klaar, haha. Daar houd ik van. Ik vroeg dan ook aan de betreffende zoon: “Hoe vind je de muisjes?” Hij antwoordde dat hij ze weliswaar erg leuk vond, maar dat hij benieuwd was wanneer ik aan het nijlpaard zou beginnen. Ik verslikte mij haast in de koffie en stotterde: Het N… nn…nijlpaard? Maar dat is zo groot, joh en er gaat zoveel vulling in en… of wil jij dat Nijlpaard graag hebben?” Nee, dat hoefde hij niet, maar hij was gewoon benieuwd. Dus van de week maakte ik een beginnetje.
Moeilijk, moeilijk, je begint met 7 steken, verdubbelt die, 14, dan 28, dan 56 en dan 112 steken maar liefst. Dat zou nog niet zo vreselijk zijn, ware het niet dat die onderste zeven de hele boel STRAK maken en dus moeilijk te breien. Ik overwoog het uit te trekken, maar ik had toen al zo veel kracht gezet bij al dat gemeerder, dat zou dus zonde zijn. Weet je wat, Thé, dacht ik in mijzelf, gewoon iedere dag 2 pennen breien, dan duurt hel lijf een maand, wat geeft het? Nee, dan waren die muisjes wel leuker en in een mummetje klaar. Verdorie, dit wordt een heus PROJECT. Gaat iedereen aan mij vragen: “Hoe ver is het Nijlpaard? Kan het niet wat sneller? Mijn moeder had dat zo klaar gehad…” Nou, ik niet dus. Ik kan niet zo snel breien en het is ook geen iets dat af moet voor een bepaalde datum, hoor. Het moet wel leuk blijven. Het is MIJN project en het heeft gewoon zijn tijd nodig. “Iedere dag een draadje maakt een hemdsmouw in een jaar”, sprak echtgenoot mij bemoedigend toe. En zo is dat. Het meest interessante is, dat ik nu ook eens een project heb. Veel kunstenaars schilderen of beeldhouwen niet tegenwoordig, maar zijn bezig met ‘een project’. Ga ik met mijn tijd mee, nietwaar? Hoewel, pas een hemdsmouw, nog niet eens een héél hemd, alleen een mouw????